Arbeiders hebben dinsdag de windhaan en het gietijzeren kruis van de Sint-Mauritiuskerk naar beneden gehaald. Daarbij hebben ze vastgesteld dat er vijf kogelinslagen in de haan zaten. Volgens Frans Maurissen van Heemkring Bilisium zijn die afkomstig van Amerikaanse troepen die in 1944 op de toren hebben geschoten.
De stad Bilzen had de arbeiders van de firma Dijkman opdracht gegeven om de windhaan en het 300 kilogram zware gietijzeren kruis van de Sint-Mauritiuskerk naar beneden te halen. De stukken moeten gerestaureerd worden. Toen ze de windhaan naar beneden hadden gehaald stelden ze vast dat er kogelgaten inzitten. Het gaat om vijf inslagen met een doorsnee van één tot twee centimeter. Zelf moeten ze vooralsnog het antwoord hoe de kogelgaten zijn ontstaan, schuldig blijven.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden windhanen door Duitse soldaten vaak gebruikt als schietschijf. De windhanen bovenop de torenspitsen waren een goed doelwit voor schietoefeningen. Maar het kan ook zijn dat tijdens de bevrijding van Bilzen in het najaar van 1944 Amerikaanse soldaten op de toren hebben geschoten omdat ze dachten dat Duitsers die opgejaagd werden door de geallieerde troepen verscholen zaten in de toren van de kerk en wellicht hebben ze bij het afvuren van salvo’s ook per ongeluk de windhaan geraakt.
Kommentare