Paus Franciscus (88) is overleden

Paus Franciscus is maandag, 2e Paasdag, op 88-jarige leeftijd overleden. Sinds maart 2013 leidde hij de rooms-katholieke kerk. In de afgelopen jaren had de paus regelmatig te maken met gezondheidsproblemen. Paaszondag was hij nog tijdens de misviering voor het laatst in het openbaar te zien.

"Beste broeders en zusters, met verdriet in mijn hart moet ik u meedelen dat de Heilige Vader Franciscus is overleden," zo liet kardinaal Kevin Farrell maandag in een video weten. "Vanmorgen om 7. 35 uur is de bisschop van Rome, Franciscus, teruggekeerd naar het huis van de Vader."

Op 14 februari werd de paus opgenomen in het Gemelli-ziekenhuis in Rome, waar hij werd behandeld voor een dubbele longontsteking en beginnend nierfalen. Na een verblijf van vijf weken mocht hij vorige maand het ziekenhuis verlaten, hoewel zijn gezondheid nog steeds fragiel bleef.

Tijdens de traditionele paasvieringen op Eerste Paasdag verscheen hij in een rolstoel om de zegen voor de stad en de wereld (urbi et orbi) uit te spreken. Hij sprak enkele woorden, maar liet de hoofdtoespraak over aan de Italiaanse aartsbisschop.

Het is nog onduidelijk wanneer de uitvaart zal plaatsvinden. Paus Franciscus heeft aangegeven dat hij zijn laatste rustplaats in de basiliek van Santa Maria Maggiore in Rome wil hebben.